Geluk, werkloos en pensioen.
- Posted by Nel Muller-Beckers
- On 14/07/2012
De werkloosheid in Nederland neemt fors toe. Momenteel is 6,8% van de beroepsbevolking werkloos. Werkloos worden heeft een grote invloed op de werkloze en de familie. Er is de laatste jaren veel onderzoek gedaan naar het beleven van geluk. Nederland scoort hoog. Als naar de subscores gekeken wordt, dan blijkt dat de impact van werkloos zijn op het welbevinden en het geluksgevoel groot is. Werklozen voelen zich ongelukkiger. En hoewel de werkloosheid in Zuid-Europa veel hoger is dan in Nederland, men ziet dit verschil in geluksbeleving niet terug in de subscores van die landen. Kennelijk verschilt het welbevinden bij werkloos zijn van land tot land en van cultuur tot cultuur.
In Groot-Brittannië wordt een werkloze ‘unemployed’ genoemd: iemand zonder baan. Daar schaam je je niet voor, het hoort bij het werkzame leven, het kan iedereen overkomen. Baanloos klinkt sympathieker dan werkloos, werkloos klinkt groter, ernstiger. Baanlozen in Groot-Brittannië gaan dan ook gewoon sporten of tuinieren op tijden dat anderen werken. Ze schamen zich er niet voor, ze zijn even ‘between jobs’. Ook in de Zuid-Europese landen ervaren werklozen hun werkeloosheid minder negatief dan in Nederland of Duitsland.
In Nederland blijkt dat werklozen het idee hebben dat de buitenwereld een negatief beeld van ze heeft en ze niet respecteert. Werkloosheid wordt niet als iets objectiefs gezien, iets dat iedereen kan overkomen. En als de werkloze lang geen baan kan vinden hangt er hier al snel een zweem om heen van “er is werk genoeg, steek de handen uit de mouwen, het is je eigen schuld’. Het woord ‘uitkeringstrekker’ draagt hier niet veel goeds aan bij. Mensen zonder werk voelen de afstand tot de sociale, werkende, gemeenschap toenemen. Ze gaan zich vaak verbergen of ze gaan liegen over hun positie. Zo blijkt een aanzienlijk aantal werklozen liever te zeggen dat ze ZZP-er zijn dan te vermelden dat ze werkeloos zijn en een baan zoeken. Werklozen horen er niet meer bij, denken dat ze losers zijn; baanverlies is voor velen identiteitsverlies.
Het is dan ook niet vreemd dat de Nederlandse werkloze zich veel minder gelukkig voelt (50% noemt zich gelukkig) dan de werkende (90% noemt zich gelukkig). Dit geldt ook voor de Duitse werkloze. (insert image).
Werklozen hebben, hoewel ze in de meeste gevallen niet door eigen schuld geen baan hebben, het gevoel dat ze niet gelukkig mogen zijn. Werkloosheid is in Nederland bijna een grotere schande dan een strafblad. Het feit dat werklozen de kans lopen nu binnen een jaar op een minimum gezet te worden, zal een negatieve bijdrage leveren aan hun positie en daarmee aan hun geluksgevoel. En helaas geldt dit vaak ook voor hun gezinsleden.
Er is een pluspuntje: als de werkloze 65 wordt, verandert zijn status van werkloze in die van gepensioneerde. Kennelijk een geaccepteerde status, want de geluksbeleving van de voormalige werkloze neemt dan met sprongen toe. Helaas moeten de meeste werklozen ook hierop weer langer wachten in de toekomst. ■ Nel Muller-Beckers 2012.