Het nieuwe werken en de generatie Y.
- Posted by Nel Muller-Beckers
- On 14/07/2010
De generatie Y worden ze ook wel genoemd, ze zijn geboren na 1980 en ze stromen nu na hun studie de bedrijven in.
De generatie Y zoekt uitdaging, de generatie Y zou egocentrisch zijn, nog nooit van het woord ‘loyaliteit’ gehoord hebben en zich niets aantrekken van hiërarchie. Ook zou deze generatie werknemers in diverse opzichten verwend zijn, zeker in materieel opzicht. Maar de generatie Y is van deze tijd en reflecteert andere normen, waarden en verwachtingen. De generatie Y zit niet te wachten op een gouden horloge na een veertig jarig dienstverband. De generatie Y wil iets anders. En….we hebben de generatie Y hard nodig nu de babyboomers de komende jaren massaal de arbeidsmarkt verlaten.
De jonge werknemers vinden andere zaken belangrijk in het werk dan de generatie voor hen. Ze willen vooral persoonlijke groei en ontwikkeling in hun werk zien. Ze willen uitdagend werk en ze willen hun werk zelf kunnen indelen en kunnen combineren met gezin en hobby’s. Ze prefereren op het werk een flexplek boven een eigen kamer met familiefoto’s en kamerplanten, willen thuis en onderweg kunnen werken en op tijden dat hen dat het beste uitkomt. En ze willen de materiële zaken die daarbij horen zoals de meest moderne laptops, iPad, smartphones en auto. Met deze generatie werknemers is de term “het nieuwe werken”, ook wel “telewerken” geïntroduceerd: de kantoormuren en de vaste werktijden worden afgebroken.
Maar er is ook een schaduwzijde aan dit “nieuwe werken”. Wanneer realiseert de generatie Y zich dat deze manier van werken ook een prijs heeft? De kans is groot dat het kan gaan botsen met het privéleven. Als je overal en altijd kunt werken is het gevaar groot dat je ook overal en altijd bereikbaar moet zijn. De collega’s werken wellicht op uren dat jij dat niet doet. En ook kan er een moment komen dat overal kunnen werken, in je eentje, gaat knagen. Men zal dan weer een vaste plek met een bureau willen hebben, weer face to face vergaderen en met elkaar om de koffiemachine willen hangen. En dus ook de chef weer regelmatig willen zien.
Voor bedrijven zal dit niet gemakkelijk zijn. Om de generatie Y binnen te krijgen moeten bedrijven zich steeds meer “verkopen”, zichzelf aantrekkelijk maken. En dus de wensen van de werknemers echt serieus nemen. Hun wensen en verwachtingen ten opzichte van werken lijken dan wel wat egoïstisch, ze zijn het niet. Het zijn de verwachtingen die passen bij hun opvoeding en scholing en bij deze tijd. Hun arbeidsvreugde neemt toe als ze zelf kunnen beslissen waar, wanneer en hoe ze werken, om zodoende meer ruimte te krijgen om werk en privé te combineren. Dus geef ze de gelegenheid een aantal dagen per week hun werk buiten het bedrijf te verrichten en bied ze daarvoor de faciliteiten. Vertrouw erop dat er serieus gewerkt wordt, thuis en onderweg, overdag of ’s nachts.
Maar werkgevers zouden er goed aan doen de schaduwzijde van dit ‘nieuwe werken’ alvast in te calculeren. Dagen of dagdelen verplicht stellen dat iedereen er is zodat men met elkaar kan overleggen en met elkaar kan lunchen. Zorgen dat er toch voldoende werkplekken zijn. Dit voorkomt teleurstellingen.
Er zijn al spijtoptanten, werkgevers die hun bedrijfslocatie ingericht hadden met flexplekken en enige tijd later hun bedrijf fors moesten uitbreiden met werkkamers vanwege de veranderde behoeften van hun werknemers.
En dan is de klus nog niet geklaard. De generatie Y houdt van voortdurende uitdaging en van inhoudelijk interessant werk. Dus het is zaak deze werknemers de kans te geven zich constant te ontwikkelen door ze bijvoorbeeld projectmatig te laten werken, door ze loopbaanstappen te laten nemen, zowel horizontaal als verticaal. Want ze zijn snel uitgekeken, bouwen niet snel loyaliteit ten opzichte van het bedrijf op en kijken dus ook weer snel uit naar een andere baan. ■ Nel Muller-Beckers 2010.